Vragen voor Analyse V: Differentiaalvergelijkingen en Functieruimten (Theorie)
1. a) We zagen 3 topologieën op functieuimten. Definieer deze, en geef verbanden.
b) Zij
. Kunnen we dan besluiten dat
?
2. Wat weet je over de evaluatie-afbeelding? (de bedoeling hier is de stelling te geven dat als Y lokaal compact en Hausdorff is, dat de evaluatie-afbeelding dan continu is voor de compact-open topologie op de functieruimte)
Geldt dit ook voor de puntsgewijze en/of de uniforme topologie?
3. a) Schets wat je weet over convergentie van machtreeksen.
b) Bewijs de stelling over de convergentiestraal, i.e. dat als
c) Bewijs de stelling over:
.
d) We weten dat voor algemene functies geldt:
. Beschouw nu de twee gevallen
op
en
op
. Gelden er in deze gevallen andere implicaties?