Bij de constructie van de Hamiltoniaan voor fermionsystemen, dus met antisymmetrie zit ik met volgende vraag. Het bewijs voor die constructie bestaat eigenlijk uit 3 delen: het bewijs voor elk van de drie termen van de Hamiltoniaan: impuls, potentiaal en interactie. Bij het deel van de potentiaal heb ik volgende vraag, we beginnen daar met:
 \int{dr_{1}} \ldots \int{dr_{N}}} \Psi(r_{1},\ldots,r_{N})\psi^{\dagger}(r)\psi(r)\psi^{\dagger}(r_{1})\ldots\psi^{\dagger}(r_{N})|vac>)
Ge wilt dan die
\psi(r)\psi^{\dagger}(r_{1}))
permuteren en dit voor alle
)
dus gaat ge kijken naar de commutator:
Dus in de uitkomst staat
)
.
Maar uiteindelijk geeft dit volgende uitkomst:
 \int{dr_{1}} \ldots \int{dr_{N}}} \Psi(r_{1},\ldots,r_{N})\sum_{j}{\delta(r-r_{j})}\psi^{\dagger}(r_{1})\ldots\psi^{\dagger}(r_{N})|vac>)
Mijn vraag nu: waar zijn die
)
's naartoe? Mij lijkt eerder dat in die som in laatste regel het product van al die psi daggers moet staan met telkens de j'de psi dagger eruit. Klopt dit?
p.s.: TeX heerst

Nature uses only the longest threads to weave her patterns, so that each small piece of her fabric reveals the organization of the entire tapestry.
[Richard P. Feynman]