Wel, ik ben daar niet helemaal akkoord mee, hoewel er volgens mij ook veel waarheid inzit. Mijn kleine nuancering:
De meeste licentiaten/masters informatica die na afstuderen geen onderzoek gaan doen, komen nog vrij weinig tot meestal zelfs NIET meer in aanraking met wiskunde.
Het grootste deel van zij die echter onderzoek gaan doen nog wel. (hoewel ook niet noodzakelijk altijd)
Het hangt dus sterk af van wat je later gaat doen ... Maar het mag zeker niet overschat worden.
Meestal als men in het bedrijfsleven gaat werken is dit eerder voor het maken van bedrijfsapplicaties en veel wiskunde komt daar eigenlijk NIET bij kijken.
Nu ja, dan kan de vraag zijn: wat is het nut dan van die wiskunde ? Wel, ik zie nog altijd 6 voordelen.
1/ Ten eerste is veel van de wiskunde in de opleiding eigenlijk nog vrij elementair. De meeste onderwerpen zijn herhaling van het middelbaar. Ten minste, voor iemand die 6 of liefst 8 uur wiskunde heeft gedaan. (hoewel moeilijker gegeven vanwege de bewijsvoering, maar da's een ander verhaal) Ik denk aan verzamelingen, functies, matrices, vectoren, integralen, afgeleiden, complexe getallen, niets bijzonders. Het bedrijfsleven verwacht van universitaire informatici toch minstens die basiskennis, alsof ze als het ware triviaal is. Zelfs met de basis Fourieranalyse en numerieke wiskunde erbij blijft het nog altijd heel erg elementair en onvolledig. (momenteel is er immers geen verplichte stof (meer) rond meetkunde, statistiek, differentiaalvergelijkingen, vectorvelden, etc.)
2/ Ten tweede helpt de wiskunde en dan vooral de bewijsvoering u in het abstract te leren denken of toch alleszins u beter abstract te leren denken. (en precies te leren werken)
3/ Ten derde heeft de opleiding als een opleiding aan de faculteit wetenschappen als eerste doel de nodige achtergrond te geven om aan de slag te kunnen als onderzoeker in informatica of aanverwante wetenschappen/disciplines. (waar zoals gezegd bijna altijd wiskunde voor nodig is) In het bedrijfsleven aan de slag gaan, komt pas op de tweede plaats. Dit i.t.t. bv. professionele bachelors, ingenieurs, etc. Desondanks groeien licentiaten/masters sneller door naar hogere functies, worden ze gemiddeld beter verloond en werken ze doorsnee aan uitdagender projecten i.t.t. informatici zonder wiskundige maar met een meer `professionele' achtergrond. Veel hangt echter af van de persoon ... Doch dit geheel terzijde.
4/ Ten vierde wordt er in het bedrijfsleven echter ook meer computationeel gerichte software ontwikkeld. (denk aan Google, Wolfram, L&H, Agfa Gevaert etc.) De meeste informatici komen hier echter niet in terecht ... Maar als er informatici in terecht komen, dan zullen de weinige vacatures echter ingevuld zijn door universitair geschoolde informatici (o.a. vanwege hun wiskundige achtergrond) en door ingenieurs. (die sowieso een wiskundige achtergrond hebben)
5/ Ten vijfde kan het nuttig zijn in meer technische toepassingen. Probleem is echter dat je dan eigenlijk desondanks de wiskundige achtergrond nog altijd veel voorkennis mist in andere domeinen. (signaalanalyse, mechanica, elektronica, etc.) Domeinen waar veel wiskunde in gebruikt wordt, maar die zelf louter ook achtergrond zijn. Bijscholing is dan belangrijk, want je komt sowieso in het vaarwater van ingenieurs die daarvoor veel geschikter zijn. (bv. technische automatisering vereist achtergrond in robotica, mechatronica, ingebedde systemen, operationeel onderzoek die op zich weer achtergrond vereisen in elektronica, mechanica, systemen en signalen, statistiek, numerieke wiskunde wat op zich weer achtergrond vereist in wiskundige analyse, algebra, meetkunde) Desondanks blijft het voordeel dat het eenvoudiger is voor een ingenieur om samen te werken met een informaticus die een basiskennis wiskunde heeft. Ten slotte worden veel technische zaken in wiskundige modellen of algoritmes gegoten.
6/ Ten zesde is het zo dat de wiskunde in de eerste jaren noodzakelijke voorkennis vormt voor heel wat vakken uit de opleiding zelve. Zonder die wiskundige basiskennis is het moeilijk om onderwerpen als wetenschappelijk programmeren, formele talentheorie, beeldverwerking, informatietheorie, artificiele intelligentie, cryptografie etc. aan te brengen. Veel van die vakken ga je later in het bedrijfsleven misschien niet meer (direct) gebruiken, maar het is wel nuttig dat je ze hebt gehad. Neem nu wetenschappelijk programmeren: inzicht in numerieke stabiliteit en dergelijke is belangrijk, al was het maar om de reflex te hebben een routine te gebruiken uit een betrouwbare bibliotheek i.p.v. iets zelf te schrijven waarna je totaal geen idee hebt waarom het niet altijd goed werkt. Of je gebruikt ze indirect, omdat de kennis al vervat zit in bibliotheken en allerhande tools, maar dan heb je tenminste toch inzicht in de basisprincipes erachter. (bv. parser-generators, jpeg-compressie, lossless compressiealgoritmen, MPEG-codering, routines zoals sqrt() bijgeleverd bij een compiler, security-tools, ...)
Het houdt uw geest scherp